Geheugen


Vanmiddag bezocht ik het Muzej za umjetnost i obrt (Museum for Arts & Crafts, zeg maar Kunst, Meubels en Andere Dingen) aan het Maarschalk Tito plein. Buiten scheen de zon en met een klas zesjarigen (elders in het gebouw, maar wel vaag hoorbaar) was ik zo ongeveer de enige bezoeker. De suppoosten waren buitengewoon vriendelijk en dwingend wat betreft de route die ik diende te volgen. Misschien kwam dat door de oudsocialistische traditie van het land, misschien omdat ze, als ik een zaal betrad, snel het licht aandeden om het, zodra ik de volgende zaal binnenstapte, weer snel achter mij uit te schakelen. Kennelijk was het not done om met mij in een zaal te verkeren, want de museummedewerkers bleven nadrukkelijk uit zicht, al zag ik wel regelmatig een suppoost om het hoekje van de zaal gluren of ik al aanstalten maakte om door te lopen.
Toen ik na twee verdiepingen naar beneden wilde gaan, werd ik door een van de suppoosten (streng doch rechtvaardig) nog een trap omhoog gestuurd. En terecht, want ook daar wachtte een collega om speciaal voor mij het licht aan- en uit te doen. Ik was op de afdeling Dingetjes aangekomen: glazen, torenklokken, pillendoosjes, minitieus uit ivoor gesneden afbeeldingen en een vrouwenbeen van zo'n 12 cm lang (aansteker? cocktail-lepeltje? cocaine-container?). Hier werd ik overvallen door een gevoel van mededogen met al die fraaie trivia die hun vitrines lagen te liggen, en bijkans nooit bekeken, want te hoog, te ver, te veel.
Het gaf me een sterk Marc-groet-'s ochtends-de-dingen gevoel en daarom heb ik alle objecten elk minstens een seconde lang mijn volledige aandacht gegeven en gegroet om ze zo aan de vergetelheid te ontrukken, terwijl de suppoost af en toe om het hoekje keek of ik al klaar was. Als je ooit in Zagreb bent, ga dan vooral naar de bovenste verdieping, net onder het dak en groet voor mij het vrouwenbeen in de vitrine. Zij Is Niet Vergeten.

Geen opmerkingen: